- Versie
- Downloaden 80
- Bestandsgrootte 587.15 KB
- Aantal bestanden 1
- Datum plaatsing 31 juli 2019
- Laatst geüpdatet 21 januari 2021
4 oktober 2019
Sint Franciscus van Assisi
Lezingen: Gal. 6,14-18 en Mat. 10,5-16
Dit jaar is het acht eeuwen geleden dat Franciscus van Assisi, in het heetst van een kruistocht, een vreedzaam onderhoud had met Sultan Malek al-Kamil van Egypte, reden voor de franciscaanse familie om stil te staan bij deze bijzondere ontmoeting. Het motief voor die reis is alles behalve duidelijk. In de loop der tijden werden de meest uiteenlopende suggesties en interpretaties naar voren gebracht. De volgende elementen uit de overlevering van dat onderhoud laten iets zien van die eventuele beweegredenen die een licht kunnen werpen op de persoon van Franciscus, en zo mogelijkerwijze een bron van inspiratie zijn voor christenen vandaag.
De voetstappen van onze Heer Jezus Christus volgen in het Heilig Land
In de voorlopige regelredactie voor zijn broeders schrijft Franciscus dat de regel en de levenswijze van deze broeders is te leven in gehoorzaamheid, in kuisheid en zonder eigendom, en de leer en de voetstappen van onze Heer Jezus Christus volgen... (1 RegMB 1,1).
Volgens de overlevering zou Franciscus in de kruisvaardersstad Sint Jan van Acre, het huidige Akko, voet aan wal hebben gezet in het Heilig Land om van daaruit Nazaret, Jeruzalem of Betlehem te bezoeken. We hebben er echter geen duidelijke berichten over, noch in de levensbeschrijvingen en kronieken, noch in de eigen geschriften van Franciscus. Aangezien de kerk op straffe van excommunicatie de Christenen verbood die plaatsen te bezoeken met behulp van moslims, is het niet onmogelijk dat Franciscus zich gedwongen zag te zwijgen over dat avontuur om zo zich zelf en zijn broederschap te beschermen tegen kerkelijke sancties.
Boodschapper van vrede
Thomas van Celano verhaalt dat Franciscus al in het begin van zijn nieuwe leven zijn preken altijd begon met de vredeswens God geve u vrede (1 Cel. 10,23). Ook in zijn Testament schrijft hij: De Heer heeft mij een groet geopenbaard; wij moeten zeggen ‘De Heer geve je vrede’ (Test. 23). Als evangelische mens kende Franciscus ongetwijfeld het verhaal over de uitzending van de apostelen met de raad van Jezus: Groet de bewoners van het huis dat je binnengaat. Laat jullie vrede over dat huis komen als het dat waard is, maar als het dat niet waard is, laat dan die vrede naar je terugkeren (Mat. 10,12v). Te midden van het oorlogsgeweld van kruistochten gedroeg hij zich op een alternatieve wijze door zich ongewapend naar het legerkamp van de Saracenen te begeven.
Vooral in de tweede helft van de vorige eeuw zag men Franciscus graag als boodschapper van de vrede. Het is daarom niet te verwonderen dat paus Johannes Paulus in 1986 de leiders van de godsdiensten uitnodigde voor een gebedsdag om vrede juist in de stad Assisi, een geste die zijn opvolgende herhaald heeft.
Christus volgen door de dood heen
Celano verhaalt dat in het zesde jaar van zijn bekering er bij Franciscus een vurig verlangen opkwam naar het martelaarschap en van zijn eerste pogingen om tussen de Saracenen te geraken (1 Cel. 20,55). Een zelfde interpretatie vinden we bij Bonaventura (vgl. LegM. ix,7). Ook hier kan hij geïnspireerd zijn door het woord van Jezus: Wie zijn kruis niet op zich neemt en mij volgt, is mij niet waard. Wie zijn leven probeert te behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, zal het behouden (Mat. 10,38v). Het is hem niet gelukt het martelaarschap te ontvangen. Maar volgens sommigen zou Franciscus daarom op de La Vernaberg de wondtekenen van Christus hebben ontvangen als beloning voor zijn wens om Jezus te volgen tot in de dood, waardoor in hem gebeurde wat Paulus schrijft over zich zelf: Ik draag de littekens van Jezus in mijn lichaam (Gal. 6,17).
Van de andere kant komt het verlangen van het martelaarschap niet erg overeen met de raad die Franciscus in zijn Testament nalaat aan zijn broeders: Laat ze naar een andere stad uitwijken als ze ergens niet ontvangen worden om daar met Gods zegen boetvaardig te leven (Test. 26). Ook hier kan hij het woord van Jezus in gedachten hebben gehad: Als ze je niet willen ontvangen noch naar je woorden willen luisteren, verlaat dan dat huis of die stad en schut het stof van je voeten (Mat. 10,15). Als het martelaarschap dus geen ideaal is voor de broeders, kunnen we ons afvragen of het dat voor Franciscus zelf wel was.
Interreligieuze dialoog of bekeringsdrang?
In de biografieën komen we beschrijvingen tegen van de ontmoeting van die onbetekenende broeder en de belangrijke moslim Al-Kamil. Het gesprek tussen die twee wordt dan beschreven als een typisch middeleeuws theologisch dispuut tussen christenen en ketters. En natuurlijk wordt in die teksten dat dispuut beheerst door Franciscus. Indien deze thesis correct is, heeft er een behoorlijke verandering in Franciscus’ standpunt plaats gevonden, aangezien hij in de regelredactie van 1221 schrijft dat de broeders die onder de Saracenen leven zich niet moeten inlaten met conflicten en woordenstrijd, maar dat ze aan ieder menselijk medeschepsel (dus ook aan de moslims) onderdanig moeten zijn (1 RegMB 16,6). Toch houdt hij in datzelfde hoofdstuk de mogelijkheid open van bekering want wie niet herboren is uit water en de Heilige Geest kan het koninkrijk van God niet binnengaan (1 RegMB 16,7 vgl. Joh. 3,5). En ook al zou Franciscus dromen van de bekering van de moslims, hij is er ten slotte niet in geslaagd.
Dat hij ondanks tegenwerking van de kruisvaardersautoriteiten toch in contact is getreden met de Sultan, kan vandaag de dag als een uitdaging gelden om de dialoog met de islam niet uit de weg te gaan. Het is daarom veelzeggend dat paus Franciscus bij zijn bezoek aan Egypte een onderhoud heeft gehad met de leider van de meest toonaangevende moslimuniversiteit van dat land, een onderhoud dat eveneens niet overal toegejuicht werd.
Verbroedering
Het zestiende hoofdstuk van de voorlopige regelredactie begint met een citaat uit het Matteüsevangelie: Zie ik zend jullie als schapen tussen wolven (Mat. 10,16). Het is de enige keer dat het woord ‘wolf’ in de geschriften van Franciscus voorkomt. Door de Saracenen als wolven aan te merken toont Franciscus zich kind van zijn tijd. De islam werd gezien als levensgevaarlijk. Toch schijnt er een kentering te hebben plaats gevonden in de wijze waarop Franciscus tegen de moslims aan keek. Dat is te zien in een soort parabel uit de Fioretti (xxi), die bekend is geworden als ‘de wolf van Gubbio’, een levensgroot gevaar voor de inwoners van die stad. Franciscus richt zich tot dat levensgevaarlijk beest en noemt hem ‘broeder’. Dit werkte aanstekelijk op de bewoners van de stad, die daarna broederlijk leefden met die wolf in hun midden, en die bij zijn dood door allen betreurd werd.
Literatuur
Paul Moses, Franciscus van Assisi ontmoet de sultan. Vredesmissie in oorlogstijd, Heeswijk-Dinther 2019.
J.H.M. Lammers, ‘Galaten. Appel aan een weifelende gemeenschap’, in: Henk Janssen & Klaas Touwen (red.), Paulus zelf. De zeven echte brieven. Exegese en Preken, Vught 2014, 20162, 31-37 Gerard van Buul ofm
Franciscan call for peace: vrijdag 4 oktober 2019 om 14.00 uur
In het jaar 1219 ging St. Franciscus van Assisi dwars door de vijfde kruistocht heen om de sultan van Egypte, Malek Al-Kamil, te ontmoeten. De mannen ontdekten in elkaar een groot verlangen naar vrede, ze hadden samen enkele goede gesprekken. Geïnspireerd gingen zij uiteen.
Terug in Italië deed Franciscus de oproep om met klokgelui op te roepen tot gebed, zoals hij de islamitische muezzins vanaf de minaretten had horen doen. Hij schreef ook zijn ‘Lofzang op de Allerhoogste God’ waarin hij God aanroept met 33 namen, naar het aantal jaren dat Christus’ aardse leven duurde en geïnspireerd op de 99 Schone Namen voor Allah. In het kader van het herdenkingsjaar organiseren de Franciscanen, de Orde van Franciscaanse Seculieren en de Franciscaanse Beweging verschillende activiteiten in het kader van religieuze ontmoeting, dialoog en verbondenheid.
Dit jaar valt 4 oktober, het feest van Sint Franciscus, op een vrijdag. Voor moslims wordt het middaggebed op vrijdag altijd in de moskee gehouden. In Vlaanderen is daarop een initiatief ontstaan die ze de Franciscan call for peace (de franciscaanse oproep voor vrede) noemen en die de franciscaanse familie nu ook in Nederland wil verbreiden.
Het idee is om op vrijdag 4 oktober 2019 om 14.00 uur de klokken van zoveel mogelijk kerken en kapellen te laten luiden. Dit is tijdens het ‘grote vrijdaggebed’ van de moslims. Op hetzelfde moment bidden wij christenen de ‘Lofzang op de Allerhoogste God’ en de moslims de ‘99 Schone Namen voor God’. Wij doen dit als uiting van respect voor elkaar, om te getuigen dat we broeders en zusters zijn, maar vooral als oproep voor vrede in de wereld tussen christenen, moslims en alle andere religies.
In België hebben de bisschoppen en enkele moskeeën zich inmiddels achter dit initiatief geschaard, net als de eerste moskeeën. In Nederland staat de Raad van Kerken open voor dit initiatief. De Raad van Marokkaanse Moskeeën heeft zich al achter de oproep geschaard. De Raad van Turkse Moskeeën wordt op dit moment benaderd.
Wij willen alle gezindten oproepen zich aan te sluiten bij dit initiatief. Luid en/of bid je mee?
Op de website franciscancall4peace.org/inschrijving-actie wordt in kaart gebracht waar ter wereld mensen participeren in dit initiatief. Je bent welkom om je ook daar in te schrijven.
De tekst van de Lofzang op de Allerhoogste God is als volgt:
1 Gij zijt de heilige Heer, de enige God,
Gij die wonderbare dingen doet.
2 Gij zijt sterk,
Gij zijt groot,
Gij zijt de Allerhoogste,
Gij zijt de Almachtige,
Gij, heilige Vader, koning van hemel en aarde.
3 Gij zijt drievuldig en één, Heer, God van de goden.
Gij zijt het goede, al het goede, het hoogste goed,
Heer, levende en ware God.
4 Gij zijt liefde, genegenheid, (vgl. 1 Joh. 4,16)
Gij zijt wijsheid,
Gij zijt nederigheid, (vgl. Mat. 11,29)
Gij zijt geduld, (Ps. 71,5)
Gij zijt onbezorgdheid,
Gij zijt rust,
Gij zijt vreugde en blijdschap,
Gij zijt gerechtigheid en matigheid,
Gij zijt alles, onze rijkdom tot verzadigens toe.
5 Gij zijt schoonheid,
Gij zijt zachtmoedigheid, (vgl. Mat. 21,5)
Gij zijt beschermer, (Ps. 31,5)
Gij zijt behoeder en verdediger.
Gij zijt sterkte, (vgl. Ps. 43,2)
Gij zijt toevlucht.
6 Gij zijt onze hoop,
Gij zijt ons geloof,
Gij zijt liefde,
Gij zijt heel onze zoetheid,
Gij zijt ons eeuwig leven,
grote en bewonderenswaardige Heer,
almachtige God,
barmhartige redder.
Deze tekst is tevens te vinden op franciscanen.nl/service/de-lofzang-op-de-allerhoogste-god
Vrede en alle goeds
Es Salaam aleikum!
Stuurgroep 800 jaar Ontmoeting Franciscus en de Sultan