- Versie
- Downloaden 25
- Bestandsgrootte 348.94 KB
- Aantal bestanden 1
- Datum plaatsing 31 juli 2019
- Laatst geüpdatet 29 december 2020
Homiletische hulplijnen 42
Een writer’s block
Soms wil het niet. Waar moet ik het in vredesnaam over hebben? Er komt geen inspiratie binnen. Zinnen lopen niet. Papier en beeldscherm blijven nukkig en maagdelijk leeg. Is er een kruid gewassen tegen het writer’s block? Ik noem er drie: ontspannen, spanning opvoeren, werken.
Ontspannen
Als je moe bent, moet je iets leuks doen: naar mooie muziek luisteren, een uiltje knappen, een douche nemen. Het heeft geen enkele zin om knikkebollend, geeuwend en vechtend tegen de slaap je aan het schrijven te zetten. Wel zinvol is het om voor je de muziek aanzet, in bed of onder de douche stapt, de lezingen van komende zondag nog een keer hardop te lezen. Die echoën wel door. Op een ander niveau dan dat van productie en constructie, blijft de geest ermee bezig. Scholieren leggen het boek waar ze tentamen over moeten doen onder hun kussen. Dat helpt! Onderzoek wees uit dat een dergelijke onbewuste of onderbewuste gerichtheid op de stof, wel degelijk vruchten afwerpt.
Spanning opvoeren
De Geest van God laat zich niets ontfutselen, maar past zich wel aan ons werkritme aan. De duif fladdert met onze geest vrij heen en weer, maar komt op onze schouder zitten als het moet. Ik meen van de pneumatologie begrepen te hebben dat heilige Geest dol is op een deadline (Luc. 12,12). Over een uur moet het klaar zijn. Die afspraak kun je maken met een huisgenoot, een goede buur of verre vriend: zo laat mail ik je toe wat ik heb. Over het algemeen zijn wij onder druk tot het beste in staat.
Werken
Paul Oskamp en Rudolf Geel zetten vooral in op dat laatste: werken. Zij schrijven: ‘Wie op inspiratie gaat zitten wachten, kan daar oud mee worden. Inspiratie of, anders gezegd, het gevoel dat het ‘loopt’, dat het ene woord het andere uithaalt, moet worden afgedwongen. En wel door te werken. Door voor het scherm te gaan zitten en te gaan typen. Of door de pen ter hand te nemen’ (Concreet en beeldend preken, Bussum 1999, blz. 128).
Het geheim zit inderdaad in het ene woord dat het andere uithaalt. De preek hoeft voorlopig kop noch staart te hebben, maar wel alvast dat fragment waar je zin in hebt. Als ook dat fragment zich nog niet aandient, kun je beginnen met het parafraseren van een of meer lezingen: je moet aan de gang, niet op de eerste zin van de preek wachten, maar voortmaken, jezelf over de hobbel heen schrijven.
De aanhouder wint: je komt van het een op het ander. Dat gaat niet vanzelf. In een creatief proces maken wij verschillende fases door. Onder andere die van euforie bij het brainstormen, die van het chagrijn bij het uitwerken. De valkuil van velen is dat zij als de euforie afneemt gaan pauzeren, een kopje koffie zetten, de krant lezen etc. Maar de uitloper van de euforie is te kostbaar om te laten schieten. Je hebt nog voldoende ideeën. Die moet je vasthouden. Je moet door: al een paar grote lijnen uitzetten voor straks als de chagrijntijd begint. Nu beschik je nog over voldoende materiaal om uit te werken. Als je straks van de warme koffie in het koude chagrijn schiet, heb je niets.
Concentratie is niet slechts een cerebrale activiteit maar ook een disciplinaire maatregel: zitten blijven, doorgaan, je niet laten afleiden, niet wegvluchten.
Klaas Touwen
LOGO
Ontleend aan ‘de mystieke molen’, sculptuur basiliek Sainte-Marie-Madeleine,
Vézelay, die de samenhang verzinnebeeldt tussen Oude en Nieuwe Testament.
Mozes werpt tarwe in de molen, Paulus vangt het meel op.